Het verhaal van een anonieme thuishulp
Het verhaal van een anonieme thuishulp
Sinds 10 minuten sta ik voor een dichte deur. Gelukkig schijnt de zon en is de temperatuur al aangenaam. De deur is donkergroen deur, net als de rest van de galerij. Als ik naar beneden kijk, zie ik heel diep onder mij een stukje fietspad dat naar de Jagersplas leidt. Deze meneer heeft mij niet zelf binnen gelaten in deze zeer hoge flat. Toevallig kwam er een medebewoner van de flat aan toen ik naar binnen wilde bij de hoofd ingang.
Ik heb inmiddels 3 keer aangebeld en 2 keer beleefd op de deur geklopt. Rechts is het keuken raam en ook daar tik ik nu op, met mijn sleutel die maakt wat meer geluid. Nog steeds geen beweging aan de andere kant van de donker groene deur. Ik probeer het raam links, het lijkt erop dat daar de slaapkamer is. Ik word toch wat ongeduldig nu en ook wel een beetje ongerust.
Zal ik het thuiszorg kantoor gaan bellen? Of toch nog even wachten?
Het kan zijn dat meneer doof is of mij misschien niet verwacht. Geen idee ook of dit zijn 'normale' dag is voor de huishoudelijk hulp. Ik kom er slechts om in te invallen omdat zijn eigen hulp op vakantie is. De enige informatie die ik heb is zijn naam en ik weet dat hij 41 jaar oud is. En dat ik met hem zijn huisje ga schoonmaken.
De gordijnen links bewegen... gelukkig hij is thuis.
Ik zwaai naar hem en een paar minuten later gaat de deur open. Een muffe rotte geur komt me tegemoet. Even hou ik mijn adem in. Ik steek mijn hand uit en stel me voor. Hij steekt zijn hand uit en een hoog stemmetje komt uit zijn keel: 'Vincent', zegt hij, 'ik heet Vincent'.
Inmiddels zijn al 15 minuten van de tijd verstreken, tijd die we hard hadden kunnen gebruiken als ik zie wat er allemaal in de keuken rechts staat. Het afval staat gestapeld tot de helft richting het plafond. Lege verpakkingen in de gootsteen en op de aanrecht. Mijn voeten plakken aan de vloer, overal lopen kleine donker bruine beestjes over de aanrecht.
Ok, waar ga ik beginnen? Achter mij verontschuldigd Vincent zich voor de rommel in huis. Hij wil me graag een rondleiding geven door het appartement. We beginnen in de woonkamer, die is vrij ruim en wonder boven wonder nog netjes ook. De badkamer is dan wel weer bijzonder. De was ligt gestapeld in de douche tot kin hoogte. Of het schoon is of vies kan ik niet zien en ook niet ruiken.
Vincent vertelt mij dat zijn wasmachine stuk is en dat hij vanmiddag een nieuwe krijgt. Dit heeft ene Tinny voor hem geregeld. Uit zijn verhaal maak ik op dat zij een soort begeleidster van hem is. Dan gaan we richting slaapkamer, op de drempel aarzel ik even, wil ik dit zien?
Omdat ik Vincent dat niet wil laten merken kijk ik om het hoekje. Het bed is niet opgemaakt. Er omheen staan stapeltjes kranten, netjes geordend lijkt het wel. Alsof ze zo kunnen worden opgehaald door de voetbal vereniging. Als ik goed kijk staan ze wel eng gestructureerd naast elkaar. Elke stapel precies even hoog in een soort kruisverband om het bed heen tot de kast. De kast kan niet open en de deur van de slaapkamer kan niet dicht.
Ik stel Vincent voor om in elk geval vandaag de keuken schoon te maken zodat hij vanavond fatsoenlijk kan koken. Hij lijkt opgelucht als ik dat voorstel en enthousiast begint hij met het vullen van vuilniszakken in de keuken. Ik hou de zak open en hij vult ze.
Na een korte tijd hebben we 14 zakken gevuld. De vuilniszakken zijn op. Ik snak toch wel naar een beetje frisse lucht en stel voor de zakken naar de afvalcontainer te brengen. We moeten 9 verdiepingen naar beneden met de lift. Na 3 keer zijn alle zakken weg en tevreden staren we naar de keuken. Beide trots op wat we bereikt hebben. Ik besef mij dat als er nu iemand binnen stapt die niet zal zien dat er iets gedaan is in dit huis. Maar goed, het begin is gemaakt.
Het volgend uur soppen we samen de hele keuken. Alles wordt heel langzaam spik en span en eigenlijk blijkt Vincent een hartstikke mooie moderne keuken te hebben met alle gemakken voorzien. Gedurende de afwas en het spoelen van de doekjes vertelt Vincent me dat hij nog een zus heeft en een vader. Hij ziet ze regelmatig in de weekenden en daar is hij erg blij mee.
Vier dagen in de week werkt Vincent op een sociale werkplaats. Ik zie in zijn ogen een twinkeling als hij het over zijn collega's heeft. Dat zit wel goed dus. Al is zijn wereld nog zo klein, hij geniet er blijkbaar wel van het dat zet me zeker aan het denken als ik later die ochtend op mijn fiets naar huis ga.
Hoeveel Vincenten hebben wij in Nederland? Waar wonen deze dan? Het zou best wel die buurman kunnen zijn die je altijd vriendelijk groet maar waar je nog nooit in huis bent geweest.
Wat zou Vincent zonder sociale werkplaats doen overdag?
Als ik thuis ben neem ik voor de zekerheid toch maar even contact op met mijn leidinggevende en doe mijn verhaal. Ze luistert geduldig naar me en zegt me dat ze een en ander zal noteren in de computer. Ze vindt nog een andere melding van een paar weken terug. Deze gaat over de voorraadkast van Vincent. Die schijnt helemaal gevuld te zijn met lege pindakaaspotjes...