h

Geen burgemeester in oorlogstijd

27 juni 2011

Geen burgemeester in oorlogstijd

Donderdag 23 juni werd in het Zaans Beraad (=commissievergadering van de raad) een voorstel van het college van burgemeester en wethouders besproken. Het voorstel gaf onder andere aan hoe het college om wilde gaan met de dreigende bezuinigingen op de sociale werkvoorziening en het huidige tekort bij Baanstede. De SP was teleurgesteld in hoe makkelijk het college van PvdA/VVD/ZOG/GroenLinks meegaat in de bezuinigingen op de voorzieningen voor de allerkwetsbaarsten, en gaf als enige partij een negatieve zienswijze. Wij zijn geen burgemeester in oorlogstijd!

Overpeinzingen en vragen door Patrick Zoomermeijer, fractievoorzitter

Patrick Zoomermeijer

In het voorstel van het college staat bij de Jaarrekening 2010:

“Fors lagere taakstelling in 2010, grotendeels als gevolg van aanlevering onvolledige gegevens over 2008 door een van de deelnemers aan het ministerie, daardoor begon en eindigde Baanstede met een te hoog aantal WSW-dienstverbanden. Voor deze over realisatie wordt geen subsidie ontvangen.” (pag.4)

Dit betreft de gedetacheerden, de SW’ers die buiten Baanstede worden geplaatst. Overigens wederom een neoliberaal mantra met dramatische gevolgen als dit wordt gestuurd op cijfers in plaats van mensen.

Wat de SP zorgen baart, is dat deze fout, het ‘niet aanleveren van onvolledige gegevens’, Baanstede 1,5 miljoen euro heeft gekost. En dat dit verder slechts als voetnoot wordt vermeld en er in de conceptbrief niet wordt aangegeven hoe hier in de toekomst mee om te gaan. Ondertussen draagt die 1,5 miljoen wel fors bij aan het negatieve resultaat dat de alarmbellen doet rinkelen. Maar het was dus een gemakkelijk te voorkomen verliespost geweest.

De SP vraagt zich dan ook af:

  • Hoe heeft dit kunnen gebeuren?
  • Hoe wordt dit in de toekomst voorkomen?
  • Moeten we niet alles in het werk stellen om het personeel van Baanstede, al dan niet op een beschutte werkplek, niet te laten boeten voor deze fout van een bestuurder?

Overigens krijgen we het idee dat er meer zaken niet op orde zijn bij het bestuur van Baanstede. Zo staat in de Jaarrekening 2010 en begroting van Baanstede zelf:

“De kosten van externe dienstverlening waren hoger dan begroot, omdat enkele aangetrokken nieuwe medewerkers (nog) niet op de loonlijst waren gezet bij Baanstede.”

Erg slordig.

De conceptbrief aan Baanstede

(Concept reactie n.a.v. inzending in tweevoud ontwerpjaarverslag en de - jaarrekening over het jaar 2010 en de gewijzigde begroting voor 2011 en de ontwerpbegroting over het jaar 2012)

Onder het kopje algemeen staat:

“Wij voelen ons direct betrokken bij de taakstelling en bezuiniging en zullen gezamenlijk naar een oplossing moeten zoeken. Daarbij past het idee van Werken naar Vermogen wel heel goed in de visie van de gemeente Zaanstad namelijk elkaar aanspreken op wederzijdse verantwoordelijkheid. Dat geldt ook voor burgers die een beroep doen op bijvoorbeeld de Sociale Werkvoorziening.”

Dit roept bij de SP de volgende vragen op:

  • Hoezo voelt de gemeente Zaanstad zich direct betrokken, bedoelt zij daarmee dat zij akkoord is met de taakstelling en bezuinigingen?
  • Hoe past het idee van Werken naar Vermogen bij de visie van het college, namelijk het ‘elkaar aanspreken op - wederzijdse verantwoordelijkheid’?
  • Hoe ziet het college voor zich dat de allerkwetsbaarsten die achter de geraniums weg willen en nu op de wachtlijst staan voor een beschutte werkplek bij Baanstede worden ‘aangesproken op hun verantwoordelijkheid’?

Verder staat er:

“Ondertussen stelt hetgeen wat op ons afkomt in de vorm van de Wet Werken naar Vermogen ook de vraag wat voor gemeente we nog kunnen zijn en welke taken we mogelijk moeten afbouwen op termijn.”

De SP was sinds het aantreden van dit college de grootste voorvechter van een kerntakendiscussie over wat een gemeente is en wat haar taken zijn. Een motie daarover van ons, D66 en de ChristenUnie is onlangs bij het kadernotadebat aangenomen. Wij gaan er vanuit dat het college die motie uitvoert. In die motie staat dat we eerst moeten bepalen wat wij wenselijk achten, en daar dan financieel beleid op gaan ontwikkelen. Nu wordt die volgorde wéér omgedraaid, als we het citaat goed lezen. Wordt hiermee de motie niet uitgevoerd?

Overigens is de SP niet akkoord met de insteek in het citaat dat er gekeken moet worden naar afbouw van taken. De SP zou graag de discussie over wat een gemeente is zonder dergelijke vooringenomenheid willen voeren, en de discussie niet willen omvormen tot een weer een stap op weg naar een kleinere overheid.

Onder de punten van de zienswijze staat in de brief:

“De zienswijze van de gemeente Zaanstad is dat de geplande herziening van de Sociale Werkvoorziening voortgezet zal gaan worden; ook nu er geen akkoord tussen gemeenten en het Rijk gesloten is. Wij raden u dan ook dringend aan om te blijven uitgaan van een structurele afbouw van het aantal beschut[te] werkplekken […]”

Echter, tijdens het VNG-congres op 8 juni in Ulft, heeft 86,6% van de gemeenten besloten dat ze het onderdeel ‘Werk’ (waaronder de sociale werkvoorziening) niet voor hun rekening kunnen en willen nemen. De gemeenten beschouwen hiermee het onderdeel Werk de verantwoordelijkheid van het Rijk, en de VNG zal een actieve lobby voeren voor een beter en socialer resultaat.

Daarom zit de SP met enige vragen naar aanleiding van eerder genoemd citaat uit de brief:

  • Dat wij nu als gemeente Zaanstad Baanstede op gaan roepen tot uitvoering van díé bezuinigingen waarvan wij de omvang, de onduidelijkheid van de gevolgen en de problemen bij de uitvoering ervan juist als gemeentes hebben betwist, is dat niet een tegenspraak?
  • Is dit niet hypocriet, dat we het ene zeggen maar het andere doen?
  • Verzwakt dit onze positie niet in ons verzet tegen het onderdeel “Werk” van het bestuursakkoord?

Is dit weer een voorbeeld van de meegaandheid bij het uitvoeren van nog niet vastgesteld of uitonderhandeld landelijk beleid door dit college?

U bent hier