Zaanstreek

‘Schoolzwemmen’, wie is er niet mee opgegroeid. Schoolzwemmen is altijd een vanzelfsprekend onderdeel geweest van ons leven op de lagere school. Tot nu, want het schoolzwemmen gaat verdwijnen. De gemeente heeft er geen geld meer voor en het onderwijs kan het er financieel niet bij hebben. Zo eenvoudig is dat. Het is de taak van de ouders om ervoor te zorgen dat hun kinderen leren zwemmen. En daarmee dreigt zo’n 15 % van de kinderen op te groeien zonder te leren zwemmen. Donderdag is in het Zaanstad Beraad gesproken over een vangnetregeling voor mensen die geen geld hebben voor de zwemlessen van hun kinderen.

Door Carla Schuddeboom, steunfractielid

‘Schoolzwemmen’ is weliswaar nooit bedoeld geweest om kinderen een zwemdiploma te laten halen, maar als ‘vorm van bewegingsonderwijs’ betekende het in de praktijk natuurlijk wel dat alle schoolkinderen leerden zwemmen. Ook al haalden zij misschien geen diploma. Dus, nu de gemeente ophoudt het schoolzwemmen te betalen en de scholen dit niet overnemen is er wel degelijk een probleem. Het terugvallen op de ‘eigen verantwoordelijkheid van de ouders’ betekent dat de kinderen van ouders die de zwemlessen niet kunnen of willen betalen deze lessen niet zullen krijgen. Het gaat naar schatting om zo’n 15% van de kinderen in groep vijf.

Inderdaad, en gelukkig, is er een gemeentelijke regeling in de maak voor die ouders die geen geld hebben voor zwemlessen van de kinderen. Deze regeling moet lopen via de kaartenbakken van het minimabeleid. Want het onderwijs betaalt niet alleen het schoolzwemmen niet (dat zal wel samenhangen met de bezuinigingen), maar wil ook niet wil meewerken aan het registreren van de kinderen zonder zwemdiploma. Die 15 procent zonder zwemdiploma zijn echter niet allemaal op te sporen via die kaartenbakken van de sociale dienst. Het is bekend dat het minimumbeleid niet alle minimuminkomens bereikt ( bijvoorbeeld mensen met schulden). Er zijn natuurlijk ook ouders die om andere redenen hun kinderen niet naar zwemles sturen

Het is dus zeker niet zo dat alle kinderen in Zaanstad ook in de toekomst zullen leren zwemmen. En dat mag in een waterrijke gemeente als de onze best verontrustend genoemd worden.