h

In 1984 versloeg Liverpool Thatcher - een les voor Zaanstad?

18 mei 2013

In 1984 versloeg Liverpool Thatcher - een les voor Zaanstad?

In de lente van 1984 startte het gemeentebestuur van Liverpool, de grote havenstad in het noorden van Engeland, het verzet tegen de conservatieve regering van Margaret Thatcher. De vijfde grootste stad van het Verenigd Koninkrijk kende een massabeweging tegen de bezuinigingen en tegen de privatiseringen, die ook toen al gemeengoed waren in tijden van economische crisis. De strijd werd geleid door socialisten georganiseerd rond het weekblad "Militant". Zij vormden de leidende kracht binnen de Labour Party (de Britse PvdA, toen nog een partij voor de gewone man) in Liverpool.

Militant in Liverpool Massale steun voor links stadsbestuur

Door Patrick Zoomermeijer, fractievoorzitter

Deze historische strijd toont wat mogelijk is als een partij en haar leiding bereid zijn om de belangen van de werkenden centraal te stellen. In die periode werden de lokale gemeentebesturen door de nationale overheid onder leiding van 'Iron Lady' Thatcher verplicht zware bezuinigingen door te voeren met privatiseringen, verhogingen van de lokale belastingen, afbraak van voorzieningen en het ontslaan van ambtenaren tot gevolg.

Linkse eenheid in verzet tegen afbraak

Maar Liverpool was anders! Er was een links stadsbestuur aan het roer gekomen na de gemeenteraadsverkiezingen van 1983. Dat bestuur voerde een beleid waarvan het programma en vooral de tactieken in de loop van de strijd bepaald werden door een socialistische visie van strijd en solidariteit. De raadsleden van Labour in de gemeenteraad van Liverpool bestonden deels uit overtuigde socialisten (Militant), maar ook uit andere linkse Labour-leden. Zelfs delen van de rechtervleugel van de partij steunden het stadsbestuur in haar verzet. De socialisten van Militant leden vormden dus in de minderheid in de raad, maar in de meeste gevallen werden hun voorstellen voor acties en ideeën op basis van argumenten en de noodzaak ervan aanvaard.

Vandaag zijn de zogenaamd 'linkse' partijen, zoals de Labour Party vandaag de dag en de PvdA hier in Nederland (ook in Zaanstad), vaak begrotingsfundamentalisten. Ze leggen de nadruk op een begrotingsevenwicht. Maar in de context van het lokale bestuur verdedigde Liverpool de noodzaak van een begroting gebaseerd op de werkelijke behoeften van de mensen in Liverpool. Deze begroting had een tekort, wat betekent dat de inkomsten onvoldoende waren voor de geplande uitgaven. Daarbij werd een massale campagne gevoerd om extra middelen van de regering af te dwingen door middel van strijd! Het stadsbestuur ging uit van de wensen en mogelijkheden van de bevolking, niet het vanuit Londen opgelegde afbraakbeleid.

Verkiezingsbeloften waargemaakt

Labour had in Liverpool de gemeenteraadsverkiezingen van 1983 gewonnen, tegen de landelijke trend in. De partij deed dit met een compleet ander programma dan Labour in de rest van het land. Bovendien hield Labour in Liverpool ook na de verkiezingen haar woord. Haar verkiezingsprogramma werd uitgevoerd!

De partij beloofde in de verkiezingscampagne de 2.000 ontslagen onder het gemeentepersoneel ongedaan te maken. Die ontslagen vonden plaats onder het lokale bewind van de liberalen die tien jaar een meerderheid vormden en naast het ontslaan van gemeentepersoneel overgingen tot het bevriezen van alle projecten van sociale woningbouw. Het nieuwe linkse stadsbestuur begon na de verkiezingsoverwinning met een ambitieus plan om 5.000 nieuwe huizen te bouwen in vier jaar. Er werden meer nieuwe woningen gebouwd dan in alle andere gemeenten in het land samen! Er werden 12.000 banen gecreëerd in de bouwsector op een ogenblik dat de werkloosheid meer dan 25% was. Het waren immers de jaren tachtig van de vorige crisis. In sommige delen van Liverpool bedroeg de jeugdwerkloosheid 90%!

Het minimumloon van het gemeentepersoneel werd verhoogd met 100 pond per week en er werd een arbeidstijdverkorting van 39 uur tot 35 uur zonder loonverlies doorgevoerd. Het stadsbestuur had 30.000 werknemers in dienst en was daarmee de grootste werkgever van de regio.

De socialisten van Militant en de andere linkse raadsleden toonden in de praktijk dat revolutionairen eigenlijk nog de enigen waren die 'hervormingen' doorvoerden in tijden van crisis. Dit op de basis van verzet!

"It's better to break the law than to break the poor"

Als Liverpool zich neergelegd zou hebben bij de harde, neoliberale bezuinigingslogica, dan zou de gemeente in 1984 11% minder budget hebben gehad dan in 1981. Er zouden 6.000 arbeiders ontslaan moeten worden om de begroting in evenwicht te krijgen. Lokale stadsbesturen konden beboet en afgezet worden als ze een begroting opstelden waarbij er meer uitgaven dan inkomsten waren. De gemeenteraadsleden in Liverpool stelden echter dat het beter is een slechte wet niet na te komen, dan de armsten kapot te maken: "It is better to break the law than to break the poor".

Volgens een opiniepeiling in de Daily Post (een regionaal dagblad, editie 24 september 1985) was 60% van de bevolking - in een stad van 500.000 inwoners - het eens met de eis voor meer geld van de landelijke regering. Slechts 24% was het er niet mee eens. Maar liefst 74% stelde dat ze een solidariteitsstaking van het gemeentepersoneel met het stadsbestuur zou steunen, zelfs als dit het onderwijs, de afvalinzameling en andere openbare diensten zou verstoren.

Hetze van rechts

De regering voerde een hysterische campagne tegen Liverpool, een campagne die overgenomen werd door de media en later ook door de landelijke partijtop van Labour. Meermaals dreigde Thatcher om de gemeenteraadsleden af te zetten en het leger te sturen!

Tal van media hadden het over de 'trotskistische' machthebbers in Liverpool. Een lezersbrief in een lokale krant vatte de opinie van veel gewone werkende mensen samen: “Ik weet niet wie die Leon Trotski was, maar te oordelen naar het aantal huizen die gebouwd zijn in Liverpool moet het een bouwvakker zijn geweest”!

Massastaking

De strijd werd niet beperkt tot de zalen van het stadsbestuur of de raadszaal, maar werd gevoerd in de straten, fabrieken, winkels, scholen en de wijken. Door de bevolking te mobiliseren, kon Thatcher tot toegevingen worden gedwongen. Op 29 maart 1984 was er een algemene 24-uursstaking op de dag dat er over de begroting gestemd moest worden in de raad. Dit was één van de grootste algemene stakingen op Liverpool ooit. Overal discussieerden mensen over de begroting en de weg vooruit, de politieke betrokkenheid onder de inwoiners van Liverpool was enorm. De macht lag op straat, niet in de raad!

Er trokken 60.000 mensen naar het stadhuis om hun steun aan het stadsbestuur te betuigen. Op 9 juni 1984 deed de regering een reeks toegevingen ter waarde van 20 miljoen pond, onder andere omdat de mijnwerkers in staking waren gegaan. Thatcher wist dat ze geen gevecht op twee fronten aankon en besliste om zich eerst te concentreren op de mijnwerkers.

Thatcher laat haar macht gelden

Op democratische basis was het voor Thatcher niet mogelijk om Liverpool te verslaan. Labour won elke verkiezing in Liverpool in die periode. Bij de algemene verkiezingen in 1983 stemde 47% van de stad (128.467 stemmen) voor Labour. Dit steeg tot 57% (155.083 stemmen) bij de volgende verkiezingen in 1987. De "47 van Liverpool" (de 47 gemeenteraadsleden van Labour die de strijd tot op het einde gevoerd hebben) werden afgezet door een gerechtelijke actie in de House of Lords, een overblijfsel van het feodalisme! Dit was enkel mogelijk door een alliantie tussen Thatcher en de landelijke Labour-leiding. Er werd een boete van meer dan een half miljoen pond en juridische kosten opgelegd aan de 47, geld dat opgehaald werd in de arbeidersbeweging.

De lokale Labour-afdeling in Liverpool werd ontbonden en onder zware landelijke controle heropgericht. De sympathisanten van Militant werden uitgesloten en konden niet meer met de verkiezingen meedoen onder de naam ‘Labour’. Tegelijkertijd was er een zware lastercampagne. Dit was het begin van een soort politieke contra-revolutie in de Labour Party, die onder Blair tot haar logische conclusie zou leiden in de omvorming naar een door en door neoliberale partij zonder worteling meer in de werkende klasse.

Verzet is mogelijk, verzet is nodig

Wat was er mogelijk geweest als Labour landelijk het socialistische stadsbestuur in Liverpool had gesteund? Als meer stadsbesturen de strijd aan waren gegaan? Samen met de mijnwerkersstaking (1984-1985) was dan misschien Thatcher toen al ten val gekomen, in plaats van pas in 1991. Dan had de afbraak onder Thatcher niet zulke vormen aan kunnen nemen zoals later gebeurde, en hadden eerdere bezuinigingen en privatiseringen overal kunnen worden teruggedraaid. In plaats van een ruk naar links te maken en het verzet landelijk vorm te geven, liet Labour (ooit een arbeiderspartij) de inwoners van Liverpool en de werkende mensen overal in de steek, om een rechtse partij te worden. Labour werd onder Tony Blair uiteindelijk een partij waarvan Thatcher zei dat ze haar ideeën hadden overgenomen, en dat ze dat als haar grootste overwinning beschouwde.

De PvdA heeft onder Kok en Bos vanaf begin jaren negentig dezelfde weg bewandeld als Labour. En ook nu heeft Diederik Samsom niet radicaal met die verrechtsing gebroken, en de PvdA in Zaanstad ook niet. Zij staan voor neoliberaal beleid, zij privatiseren en bezuinigen.

De Zaanse SP daarentegen ziet zichzelf eerder als de socialisten van Liverpool. En we putten hoop uit Liverpool: verzet is mogelijk, verzet is nodig, hier en nu! Doet u mee?

U bent hier