h

Stigmatisering als ‘oplossing’ voor crisisverschijnselen

7 mei 2013

Stigmatisering als ‘oplossing’ voor crisisverschijnselen

De SP vindt de nota "Passend aanbieden. Kader voor woonruimteverdeling bij leefbaarheidsproblemen" die 7 mei werd besproken in het Zaans Beraad een gedrocht.

Door Carla Schuddeboom, steunfractielid en Roland van Braam, steunfractielid

Voor welk probleem is dit voorstel eigenlijk een oplossing?

1. Wat is het doel van dit voorstel? Dat staat nergens duidelijk geformuleerd. Men gaat ervan uit dat een andere (anders dan wat?) samenstelling van bewoners een positieve impuls kan zijn voor de leefbaarheid in bepaalde wijken. Dat is een aanname, of is dat al eens ergens aangetoond? En wat wordt verstaan onder leefbaarheid? Het probleem wordt niet gedefinieerd en er is geen concreet doel. Het probleem is ook niet ‘leefbaarheid’, maar toenemende werkloosheid en een afnemende sociale woningvoorraad.

2. Welke wijken of complexen heeft men concreet op het oog? En waar is dat dan precies op gebaseerd? Wat zijn de criteria om ze te bestempelen als ‘passend aanbieden’ (oftewel ‘aso’)? En wie past die criteria toe? Kijken we weer naar inkomen en opleidingsniveau? Komen Poelenburg en Krommenie Oost weer boven drijven? Of kijken we naar problemen zoals die worden gevoeld (en door wie dan wel? De huismeesters?) Dit voorstel leidt tot stigmatisering van bepaalde wijken of delen van wijken en dus van de mensen die daar wonen . Dat zullen de wijken met de goedkoopste huurwoningen zijn, waar de lagere inkomensgroepen wonen. Niet Westerwatering bijvoorbeeld, dat toch heel wat leefbaarheidsproblemen heeft gekend. Een vorm van postcodebeleid. Daar is de SP fel op tegen. Je zult er maar wonen, als oppassend burger.

3. De privacy van de burger/ kandidaathuurder is in het geding. Voor mensen met lage inkomens komen er steeds minder huizen ter beschikking. Zij hebben dus weinig keus. Wie als oppassend burger zo gek is (of zo wanhopig is) om zich aan te melden voor deze regeling moet aan allerlei eisen voldoen die aan andere inwoners van Zaanstad niet worden gesteld. Hij of zij krijgt een extra dossier bij de verhuurder, met gegevens over zijn inkomen en zijn gedrag, zijn dagbesteding en verslagen van huisbezoeken. Plus verplicht papiertjes prikken. In de toekomst worden er zelfs gegevens uitgewisseld met de politie. En waartoe dient dat allemaal? Tot veel papierwerk en verder niets.

4. Het gaat niet werken. De kandidaathuurder bij wie de woningcorporatie twijfelt wordt een woning aangeboden in een ander complex, staat in het raadsvoorstel. Die hoeft dus niet in de (passend aanbieden) ‘asowijk’ te gaan wonen, maar komt in een ‘nette wijk’. Wie wil er dan nog door deze procedure heen om in een ‘asowijk’ terecht te komen? Alleen mensen die geen enkele andere optie hebben.

5% van de 30% toegestane lokale beleidsruimte is voor dit idee gereserveerd. Wat gebeurt er met de andere 25%? Is die voor de mensen die niet in aanmerking komen?

De mensen die al in de genoemde wijken wonen zullen nog meer moeite doen om er zo snel mogelijk weg te komen.

5. Het gaat niet werken want: wie gaat dit allemaal uitvoeren? Wie gaat die buurtbarbecues organiseren en betalen? Wie zet de schoonmaakacties op touw en zorgt dat iedereen die daarvoor getekend heeft (die oppassende burger dus) ook meedoet? De corporaties zijn mensen aan het ontslaan, die hebben daar geen mensen voor. En misschien ook geen gel. De gemeente? Idem dito. De wijkorganisaties die dat deden zijn er niet meer. Het is overigens de vraag in hoeverre dit soort activiteiten sociaal-economische problemen kunnen oplossen. Het verband tussen buurtbarbecues en leefbaarheid is in het verleden in deze raad sterk in twijfel getrokken, maar dit terzijde.

Wat wordt er concreet aan de leefbaarheidsproblemen in Zaanstad gedaan door dit plan?

Meer toezicht, vuilophaal en zorg voor groenvoorzieningen in bepaalde wijken is goed en zal zeker bijdragen aan meer leefbaarheid. Daarvoor is dit voorstel niet nodig. Maar leefbaarheidproblemen doen zich overal voor en er moet in de hele gemeente aan gewerkt worden. Niet alleen in bepaalde wijken of complexen. Voor drugsoverlast en criminaliteit zijn er wetten en politie. Voor geluidsoverlast en vervuiling zijn er beleidsregels, handhavers en dienstverleningen. Dat is het beleid waar verder op ingezet moet worden.

Draagvlak

Dit onzalige plan is tot nu toe alleen op bestuurlijk topniveau besproken. Wij stellen ons voor dat de bewoners van de wijken en complexen die men op het oog heeft en de huurdersverenigingen hiervan niet gecharmeerd zullen zijn. Waarom is dit niet met hen besproken? Wij willen weten hoe zij erover denken.

En als dit ondanks ons protest toch doorgaat: Op zijn minst moeten de criteria helder geformuleerd worden , moet vaststaan wie die criteria toepast en hoe dit beleid wordt geëvalueerd en door wie.

U bent hier