h

U boft, u krijgt een huis in een wijk met veel leefbaarheidproblemen!

13 mei 2013

U boft, u krijgt een huis in een wijk met veel leefbaarheidproblemen!

Het zal je maar gebeuren. Je verliest je baan en je moet na verloop van tijd met man en drie kinderen verhuizen naar een goedkopere woning. Je staat al een paar jaar ingeschreven want je zag het aankomen, maar goedkope eengezinswoningen liggen niet voor het oprapen en er is intussen een wachttijd van zes jaar in Zaanstad. Toch is er een kans op een huis, maar daar zitten wel wat mitsen en maren aan vast.

Door Carla Schuddeboom, steunfractielid

Carla SchuddeboomDaarvoor moet je allereerst een ‘verhuurderverklaring’ overleggen, waarin staat dat je altijd een oppassende huurde bent geweest en de huur hebt betaald. Nooit van gehoord, maar geen probleem, want je bent zo’n oppassende huurder. Altijd het vuilnis op de juiste tijd buiten gezet en nooit lawaaierige feestjes in de tuin georganiseerd. Je moet het ook goed vinden dat je minimaal één keer per jaar huisbezoek krijgt van een corporatiemedewerker. Zoals voor de oorlog in bepaalde wijken in Amsterdam Noord het geval was.

Verder moet je op gesprek bij de corporatie om te vertellen hoe jijzelf en de leden van je gezin die ouder zijn dan 18 de dag doorbrengen. En je moet aangeven hoe jijzelf en al je gezinsleden minimaal drie keer per jaar een bijdrage gaan leveren aan de verbetering van de leefbaarheid van de wijk, bijvoorbeeld met schoonmaakacties of het verzorgen van groenvoorziening.

En als je daar allemaal aan voldoet volgens de woningbouwcorporatie… Gefeliciteerd, dan krijg je een huis aangeboden in een wijk of flatgebouw of straat die officieel is aangewezen als wijk of complex met veel leefbaarheidproblemen! Bestemd voor ‘passend aanbieden’. En dan zul je een lichtend voorbeeld zijn voor al die probleemgevallen die je nieuwe buren worden (en die zelf niet zo moeilijk hebben hoeven doen).

Zo stellen het college en de wooncorporaties het zich voor, de nieuwe wijkverbetering in crisistijd, nu er van de masterplannen niet veel meer terecht komt. Naast meer toezicht, meer vuilophaal en meer groenvoorzieningen – wat te prijzen valt, als het ook werkelijkheid wordt – moet de huisvesting van een nieuw soort modelburgers uitkomst bieden, al is het dan op niet al te vrijwillige basis.

Behalve bij de SP en GroenLinks kreeg dit merkwaardige plan een goed onthaal in de gemeenteraad. SP’er Roland van Braam kwam met een batterij aan argumenten om hier niet mee te beginnen, maar die maakten weinig indruk. Daarbij viel op hoeveel verschillende betekenissen het woord ‘leefbaarheid’ heeft in de hoofden van mensen. De één heeft het over pestgedrag, de ander over criminaliteit en drugs, weer een ander over overbewoning en de wethouder had het ineens over kwetsbare mensen met een zorgbehoefte (alsof die de grootste overlast zouden veroorzaken?). Dat kwam de duidelijkheid in de discussie niet ten goede.

Dat de problematiek in wijken wel eens zou kunnen samenhangen met armoede, werkloosheid, gebrek aan betaalbare woningen en crisis kwam in weinig hoofden op. Er waren alleen veel vragen over de privacy van de betrokkenen, die wel heel veel prijs moeten geven (wat natuurlijk in dossiers verdwijnt). Maar de verzekering van wethouder Olthof (PvdA) dat daar heus erg zorgvuldig mee omgegaan zou worden was voldoende om al die ongerustheid weer te smoren. POV'er van der Laan noemde het beestje bij de naam en haalde er de Tokkie-toets uit Amsterdam bij. Maar in dit beleid is niet de Tokkie die al ergens woont de klos, maar de goedwillende burger die zich altijd netjes gedragen heeft, daar geen hoog inkomen aan over heeft gehouden en dringend om een dak boven het hoofd van vrouw en kinderen verlegen zit. Hopelijk gaat die niet weer zo snel mogelijk verhuizen.

U bent hier